De gemeente Amsterdam heeft vandaag laten weten een nieuw verkooptraject te starten voor AEB, met uitzondering van de scheidingsinstallatie. AEB-directeur Michel Frequin is verheugd dat het college zo snel een voorgenomen besluit genomen heeft. “Dit biedt duidelijkheid en perspectief voor de toekomst. Bij het vorige verkoopbesluit hebben we aangegeven dat we op zoek zijn naar een betrouwbare, kapitaalkrachtige aandeelhouder met een visie op duurzame afvalverwerking en kennis en kunde van de markt. Dit standpunt is niet veranderd en we zijn blij dat de gemeente deze visie nog steeds deelt.”
De mededeling van het college van B&W komt een week nadat ACM besloot geen groen licht te geven voor een overname door AVR. Hiermee kon de verkoop aan AVR geen doorgang vinden. AEB was teleurgesteld hierover. Frequin: “We hebben uitgesproken vertrouwen te hebben in een verstandige uitkomst en gevraagd aan de gemeente om zo snel mogelijk duidelijkheid te geven. Wij zijn dan ook blij met dit spoedige besluit.”
De gemeente geeft aan de scheidingsinstallatie niet te willen verkopen, maar deze zelf te willen behouden. AEB heeft kennisgenomen van dit besluit. Frequin: “Binnenkort zal er vanuit AEB en de gemeente een werkgroep worden gestart.”
Het college gaat het voorgenomen besluit voor wensen en bedenkingen voorleggen aan de gemeenteraad. In een brief aan de gemeenteraad wordt benadrukt dat als het college definitief tot verkoop besluit er tijdens het verkoopproces een radiostilte van kracht zal zijn, vanwege de grote financiële belangen. Frequin: “We hebben alle vertrouwen in het proces en een uitkomst die in het belang is voor onze klanten, medewerkers en alle andere partijen die bij AEB betrokken zijn.”